Om praktijken in de Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) te funderen en legitimeren, wordt al decennialang evidence-based gewerkt. Een belangrijk streven om te kunnen voldoen aan onze ethische plicht om naar ons beste vermogen zorg te bieden aan mensen in nood. Toch zwelt ook kritiek aan, omdat de evidence-base helemaal niet zo omvattend en inclusief blijkt.
Methoden spelen daarin een cruciale rol: de keuze voor methoden bepaalt in grote mate welke evidence wordt geproduceerd en serieus genomen, en daarmee óók welke informatie buiten beschouwing wordt gelaten. KOG zet zich in om de onbeluisterde stemmen in en rond de GGZ in de wetenschap ten gehore te brengen. We erkennen de vormende rol van methoden en onderzoek op GGZ praktijken, en maken zo de weg vrij voor meerstemmigheid in de GGZ.
Hoe ziet KOG de relatie tussen onderzoek en praktijk?
Geestelijke gezondheidszorg is inherent kwalitatief
Geestelijk lijden en therapeutische ervaringen komen op ons af in de vorm van verhalen die we horen, beelden die we zien en alles wat we voelen met ons lichaam. Kwalitatieve methoden zijn bij uitstek geschikt om deze complexe, ambigue en voor veel interpretaties vatbare werkelijkheid te onderzoeken. Deze methoden zijn in de afgelopen decennia sterk ontwikkeld en bieden veel mogelijkheden voor goed onderzoek. Mogelijkheden die op dit moment te weinig worden benut.
Kwantitatieve methoden zijn te dominant
In het huidige denken, spreken en handelen in de Nederlandse GGZ wordt standaard gekozen voor methoden die kwantificatie vereisen. Als er al kwalitatief onderzoek wordt ingezet is dit vaak slechts als aanvulling binnen een kwantitatief kader. Dit is een serieus probleem voor wetenschap en praktijk, want in een proces van vergaande kwantificatie gaat veel verloren van de subtiele en complexe ervaringswereld van patiënten en behandelaars. Het therapeutisch proces van betekenis geven, interpreteren, vatten en misvatten wordt zo vertekend. De diversiteit van praktijkervaringen in zorg en ondersteuning komt onvoldoende in beeld. Het denken over kwaliteit van bijvoorbeeld woonbegeleiding, dagbesteding, thuiszorg en andere vormen van hulpverlening raakt sterk gesimplificeerd. Wat niet geteld is telt niet mee in het wereldbeeld van wetenschap en universiteit.
Daar kunnen we iets aan doen
Steeds meer onderzoekers zien het belang in van kwalitatief onderzoek als alternatief voor of als aanvulling op en verdieping van bestaand onderzoek. Veel professionals in de GGZ lopen er tegenaan dat kwantitatieve data slecht vertaalbaar zijn naar kwalitatieve praktijken. Onder kritische studenten klinkt onvrede over de eenzijdigheid van een opleiding die statistiek en experiment presenteert als ‘de wetenschap’.
Wat doet het KOG voor méér en béter kwalitatief onderzoek in de GGZ?
Wij willen wetenschap en praktijk verbeteren
Door wetenschappers te stimuleren om hun arsenaal aan onderzoeksmethoden uit te breiden met kwalitatieve methoden. Door vele betrokkenen in de GGZ uit te nodigen op eigen wijze deel te nemen aan wetenschappelijk onderzoek, bijvoorbeeld door hun specifieke ervaringen met en visies op goede hulpverlening te delen en kritisch mee te denken over de wijze waarop onderzoek worden gebruikt. Door als onderzoekers onze methoden steeds te blijven aanpassen aan de klinische werkelijkheid en de vragen en ervaringen die daarin ontstaan.
We streven naar een sterke toename van kwalitatieve methoden in de GGZ
Niet omdat we één specifieke methode willen propageren, maar omdat we veel verschillende methoden nodig hebben voor goed onderzoek. Want pas als je verschillende soorten onderzoek kent en beheerst kun je goed afwegen welke methode recht doet aan wat (of wie) wordt onderzocht. We willen methoden aanreiken om te verkennen en te verdiepen. We willen enthousiasmeren en samenbrengen. We bieden een platform waar we samen leren en elkaar inspireren.
Hoe ziet KOG Kwalitatief Onderzoek?
Kwalitatief onderzoek is meerstemmig en reflexief
Het uitgangspunt van kwalitatief onderzoek is dat iedere stem het waard is om gehoord te worden. De eerste stap op weg naar begrijpen (Verstehen) is om open te luisteren, vanuit bewustzijn dat de ander niet noodzakelijk dezelfde taal spreekt als jij. Niet alleen de onderzochte, maar ook de onderzoeker beluistert en begrijpt vanuit een eigen betekeniskader, en heeft daarmee een belangrijk aandeel in wat er al dan niet gehoord wordt. Deze dubbele hermeneutiek vereist een open luisteren naar verschillende stemmen die spreken over een fenomeen, maar óók een kritische blik naar het eigen begrijpen, naar de aannames en vooronderstellingen die de onderzoeker zelf heeft. Dit vereist een reflexieve onderzoeker, die zich bewust is van zichzelf, de eigen context, en de invloed van methodologische keuzes, inhoudelijke selecties en categorisering op de praktijken die de onderzoeker beschrijft.
Kwalitatief onderzoek sluit aan bij het wezen therapeutisch werk
Kwalitatief onderzoek begint niet bij de methode voor dataverzameling of -analyse. Kwalitatief onderzoek begint in een denken, oftewel de ontologische en epistemologie opvattingen over hoe de wereld in elkaar zit en gevormd wordt door hoe mensen zich daarin bewegen. Daarom vereist kwalitatief onderzoek niet alleen een kritische reflectie op wat onderzocht wordt, maar ook op wie onderzoekt.
En precies hierin sluit kwalitatief onderzoek zo wezenlijk aan bij de GGZ. Mentale zorg vereist spreken en luisteren: een open blik, een onbevooroordeeld oor, en een ethische houding waarin alle stemmen het principieel waard zijn om gehoord te worden. Ook therapeuten vormen in elk contact opnieuw een band, een blik, een gesprek. Techniek en systematiek zijn hierbij hulpstukken om de ethiek van het onbevooroordeeld luisteren en uitwisselen vorm te geven.
Het KOG faciliteert denken en doen
Het KOG draagt niet alleen bij aan het uitleggen en navigeren in de hulpstukken (methoden, technieken), maar ook in het denken dat daaraan vooraf gaat. Een kwaliteitsvolle evidence-base vraagt om denken en doen, om onderzoeken en interpreteren, om denken en opnieuw denken.
Dit platform biedt daarom ruimte voor denken en doen. We nodigen leden uit om elkaar op te zoeken en in gesprek te gaan. Samen te exploreren om stelling te kunnen nemen. Om reflexief onderzoek te doen en met elkaar mee te kijken naar blinde vlekken. Om altijd te blijven luisteren en leren. Om altijd nieuwsgierig te blijven naar het verhaal in dat moment. Net als therapeuten in de GGZ.